woensdag 30 augustus 2017

Dag 115: Chaamse bossen - Naar de braderie

Ik doe vandaag eens gek, ik ga naar een braderie.

Na gesprekken tot in de vroege ochtend, word ik natuurlijk niet vroeg en fruitig wakker. Ik besluit dan ook om vandaag niet de geplande opnames te maken. Vandaag is het de zaterdag van de Boeskool in Oldenzaal, hoewel ik er gelijk bij moet zeggen dat ik geen groot Boeskoolliefhebber ben, in tegendeel zelfs. Op ruim tien kilometer van waar ik ben is ook een braderie gaande en ik ben wel benieuwd hoe ze dat hier doen, dus spring ik op de fiets.

Deze braderie is in Ginneken, vroeger een zelfstandig dorp, maar tegenwoordig een wijk van Breda. Eenmaal aangekomen parkeer ik mijn fiets en ga ik met de camera in de hand aan de wandel.


In het begin tref ik een tweetal smartlappenkoren. Niet mijn ding, maar dat is in ieder geval nog iets waarbij ik me voor kan stellen dat mensen het leuk vinden. Hierna een rommelmarkt en daana beginnen de kraampjes van de lokale winkeliers. Nog niets bijzonders dus.



Er begint me echter wel wat op te vallen, en dat is het publiek. De gemiddelde leeftijd ligt namelijk aan de hoge kant en grijs is de dominante haarkleur. Er zijn wel een paar jonge gezinnetjes, maar de ouders daarvan kijken over het algemeen uiterst verveeld. Haal die jonge gezinnetjes weg en er blijft bijna niemand over van onder de veertig. Opvallend.


Inmiddels heb ik het horecadeel van de braderie bereikt en daar is enkel ruimte voor het Nederlandse levenslied lijkt het wel. Mogelijk gelijk een verklaring voor het ontbreken van jeugd. Hoe kan het dat de meerderheid van de vertolkers van het levenslied niet kan zingen en toch maar optredens kan blijven doen?


Het publiek bij de optredens lijkt overigens ook helemaal niet bezig met de artiesten, maar enkel met de gesprekken met elkaar. Als een zangeres een poging doet om er de stemming in te brengen door 'Doe een stapje naar voren' in te zetten, doen er precies drie dames mee, de rest heeft niets door. In mijn hoofd hoop ik ondertussen dat ze het stapje terug vergeet en van het podium valt.


Op een ander podium is net een artiest klaar en neemt afscheid en maar liefst tien procent van het aanwezige publiek klapt voor hem. De stemming zit er goed in dus. Het begint voor mij meer aan te voelen als een verplichte jaarlijkse exercitie voor de lokalen dan een feestelijke bijeenkomst.


Hoe meer ik om me heen kijk, hoe meer het me opvalt dat ik naar verhouding erg weinig vrolijke gezichten zie en ik begin me af te vragen of dit is hoe zomerfeesten in Noord-Korea aanvoelen.


Ik besluit dan ook maar om me uit de voeten te maken in plaats van me in de 'feestvreugde' te storten. Dit is een mate van treurigheid die niet aan mij besteed is. Gelukkig kent Ginneken wel een mooie omgeving, dus aan de rand ga ik maar even op een bankje zitten om te genieten van wat schoonheid.



Gelukkig heeft de befaamde Brabantse gezelligheid nog een herkansing, want de volgende plaats op mijn route is Ulvenhout en daar is de jaarlijkse feestweek bezig. Ulvenhout blijkt beduidend beter dan Ginneken, daar waar het gaat om de imitatie van een feest in Noord-Korea. Hier hebben ze een tap voor de volwassenen en een zestal atracties voor de kinderen, zodat die de volwassenen niet storen tijdens het drinken. Verder helemaal niets. Wat een feestweek. Gelukkig hebben ze in Ulvenhout wel een mooie molen, zodat mijn camera nog wat te doen heeft.


Na al dit woeste Brabantse feestgedruis is mijn kevensvreugde bijna op zo voelt het, hoogste tijd om weer richting tent te gaan. Enkel onderweg nog even wat bier en vlees inkopen voor de herhaling van gisteravond. Over hoe de avond is verlopen vertel ik pas morgen, want het verhaal van de avond past bij een deel van het verhaal van morgen.

Al wat nu nog rest is een afsluiter en na al die triestheid van vandaag kan ik weinig anders bedenken dan onderstaande.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten