Oorspronkelijk ging deze site over mijn fietsreis door Europa, inmiddels over mijn reis door het leven. Liken en delen op sociale media word door mij bijzonder gewaardeerd!
De wind van voren, 30 kilometer en 150 hoogtemeters.
Toch wel weer vreemd, vannacht stond ik een stuk dichter bij de zee dan de nacht daarvoor, maar deze keer kon ik hem niet horen. Ondanks dit gemis gelukkig wel uitstekend kunnen slapen en na de zware dagen die zijn geweest voel ik me eindelijk weer uitgerust.
Vlak na vertrek denk ik even dat ik al heel snel klaar ben met de route naar Cadiz, maar ik zat er een lettertje naast.
Heel lang denk ik niet dat ik al bijna klaar ben, want binnen de kortste keren is het fietsen een enorme worsteling. In tegenstelling tot de weersvoorspelling heb ik namelijk een meer dan forse wind tegen. Beuken tegen windkracht vier met een volgepakte fiets die veel wind pakt is zeker geen pretje kan ik melden.
Oorspronkelijk was het plan om stroom te gaan halen aan de zuidkant van Malaga, maar al snel is duidelijk dat ik dat niet ga halen. Het fietsen voelt alsof ik voortdurend omhoog aan het fietsen ben.
Het gaat zo moeizaam dat het fietsen me zelfs even tegen gaat staan en dat kunnen we natuurlijk niet hebben. Tijd dus om de zinnen te gaan verzetten. Ik ga dus maar eens een keer het strand op. Even in staking.
Ruim een uur blijf ik op het strand en ik ga zelfs even pootje baden. Pas de eerste keer dat ik de zee beroer tijdens mijn reis. Werd dus ook wel een keer tijd. Terwijl daarna mijn voeten drogen in wind en zon komt er ook nog een klein bootje voorbij varen in de verte.
De rust aan het strand heeft me goed gedaan en belangrijker nog, de wind is wat aan het afnemen omdat de zonsondergang met rappe schreden naderbij komt. Het laatste stukje gaat dan ook relatief eenvoudig.
Oorspronkelijk was het dus de bedoeling om de laatste Mac in het zuiden van Malaga te nemen, het word nu een Mac zelfs nog voor Malaga. Het kan verkeren.
Na het opladen nog een klein stukje en bijna kan ik mijn tent opzetten. Alleen nog even een rivier oversteken. Ik besluit om te voet al wadend de rivier over te steken en het lukt me daarbij om droog te blijven. Toch wel handig al die droge rivierbeddingen hier. Nog even rap de tent opzetten en opnieuw komt aan een dag een einde. Morgen dan maar Malaga doen. Nu enkel nog de afsluiter.
De dag zou er vandaag heel simpel uit gaan zien, uurtje fietsen naar de Mac, daar opladen en dan een plekje zoeken voor de nacht. Helaas blijkt de werkelijkheid heel wat weerbarstiger.
Dat begon al gelijk vannacht. Voor de verandering was ik een keer mooi op tijd in slaap gevallen, waarschijnlijk dankzij de weinige slaap door het noodweer een nacht eerder, maar om half twee was ik weer klaarwakker. De wind was aan het bulderen en leek mijn tent als offer te eisen.
Vreemd, want er was geen storm verwacht. Eem blik op de weerapp liet ook zien dat de huidige voorspelling nog altijd windkracht twee was, zeker geen storm. Het werd mij duidelijk dat er wat haringen los waren gekomen, dus lenzen in, kleren aan en naar buiten waar ik zelfs op moest letten om zelf niet omver gewaaid te worden.
De tent dreigde in stukken gescheurd te worden door de wind, dus ik moest snel iets verzinnen. Allereerst mijn fiets gepakt en deze op de grond gelegd aan de loefzijde van mijn tent om te dienen als anker. Hiermee wist ik in ieder geval zeker dat de buitentent niet weg zou vliegen.
Hierna moest de voortent weer goed gezet worden, maar dat bleek een uitdaging. Terwijl ik de ene haring aan het herplaatsen was, vloog de andere al weer door de lucht. Ook op andere plekken tond de tent begonnen de haringen te vliegen, soms meters de lucht in.
Al met al ben ik twee uur bezig geweest, regelmatig mijn longen uit mijn lijf schreeuwend richting de wind, voor alle haringrn weer goed vast zaten en de tent behalve met mijn fiets, ook met stenen extra verzwaard was.
Waarschijnlijk ben ik precies op een plek gaan staan met een tunneleffect, waarbij wind vanuit de bergen via de heuvels steeds sneller en sneller naar beneden komt, tot bij mijn tent. Het duurde tot een uur of zes voor de wind wat ging liggen en ik eindelijk nog wat slaap kon pakken.
Zo begon de dag dus al lekker, want op het moment dat ik in had willen pakken, lag ik nog te slapen om bij te komen van de uitputtende nacht. Met uren vertraging begin ik later aan mijn dag en pak mijn spulletjes in.
Net als gisteren vandaag weer verder met de prijsvraag zoek de boom. Eerst maar eens een blik op de heuvel achter mijn tent.
Wat overigens wel mooi was aan deze heuvel, was dat ik er gisteren de opkomst van de maan op kon volgen. Eerst was alleen de bovenkant gehuld in een spookachtig licht en langzaam kwam dat licht naar beneden. Tegen de tijd dat het licht me bereikt had, kwam achter me de maan op.
Ook de andere kant op, de kant waar de wind vandaan kwam, wens ik jullie veel succes met het zoeken van een boom.
Toen eenmaal alles ingepakt was ging ik aan de wandel. Ik zit immers nog altijd met het keienpad dat fietsen onmogelijk maakt. Tijdens het lopen nog maar een foto, want ik vind dit dus een prachtig landschap.
Na een stuk lopen kom ik dan eindelijk weer bij een normale weg en kan ik weer op de fiets stappen. De eerste paar kilometer vlieg ik werkelijk, want de weg loopt wat naar beneden en de wind staat in de zij en dus niet in mijn nadeel. Uiteraard duurt dit niet lang.
Iets verderop buigt de weg namelijk iets, waardoor ik de wind nu van voren heb. Het worstelen kan beginnen. Het is ook pas op dit moment dat ik de vermoeidheid in mijn lijf door twee nachten weinig slaap begin te voelen. Het laatste stukje naar Almeria word dan ook hard werken, maar uiteindelijk bereik ik de stad.
Almeria heeft zich blijkbaar aangesloten bij New York, Lyon en Amsterdam qua stadspromotie aan de grote rode en witte letters te zien.
Vlak na het binnen rijden van de stad is de Mac en die fiets ik voorbij. Voorbij ja. Ik moet namelijk eerst nog even een nieuw blikje gas halen voor het koken en iets verderop zit een zaak die dit hoort te hebben.
Deze zaak is een hypermarkt, dus loop ik lang tussen de eindeloze gangen op zoek, maar ze hebben geen Campingaz. Pas in het voorjaar weer. Gelukkig is er nog een alternatief, helaas wel aan de andere kant van de stad, bovenop een steile heuvel. Fietsen dus maar weer.
Eindelijk aan de andere kant van de stad kom ik bij de volgende hypermarkt, waar het verhaal in herhaling gaat. Na lang zoeken enkel de conclusie dat het er niet is. Alles bij elkaar weer een paar uur weg om niets.
Tegen de tijd dat ik bij de Mac ben is het al halverwege de avond, waardoor ik tot sluitingstijd moet blijven om de accu's te vullen. Al met al loop ik nu zes uur achter op schema, dusna afloop maar snel naar het plekje dat ik uitgekozen heb om de tent op te zetten.
Tegen de tijd dat ik daar ben blijkt echter een probleem, ik kan met geen mogelijkheid het beoogde terrein op. Er zit dus niets anders op dan een alternatief te zoeken. Eenvoudig is dat niet, want alles staat hier vol met of kassen, of de gebouwen van de stad.
Uiteindelijk vind ik een plekje op Maps, maar dat is wel weer aan de andere kant van de stad. Ik mag dus weer flink fietsen. Tegen de tijd dat ik daar ben is het inmiddels diep in de nacht, maar gelukkig is de plek wel geschikt. Zo snel als mijn vermoeide lijf wil zet ik de tent op, later dan ooit eerder, waarna ik naar binnen kruip voor een beetje rust. Teveel van dit soort dagen moet een mens niet meemaken. Maar snel naar de afsluiter dus.
Een moeizame herstart na mijn rustdag met 28 kilometer en 60 hoogtemeters.
De voorspelling was dat het vandaag overdag pas weer fors zou gaan waaien, maar in werkelijkheid begon het al vroeg in de nacht. Dankzij het samenspel met de heuvels om me heen was de wind daarbij bovendien echt aan het huilen en deed mijn tent dusdanig klapperen, dat ik vrijwel de hele nacht geen oog dicht heb gedaan. Ik kom dus niet uitgerust, maar juist vermoeid uit mijn rustdag.
En dat terwijl ik het nog wel zo'n mooie omgeving vond. Visueel is het dat ook wel, maar de heuvels doet het hier soms dus goed spoken. De lokale bewoners weten dit blijkbaar al lang, want vandaag komt er niemand wandelen of fietsen hier, terwijl het weer in het dorp niet veel anders is dan de voorgaande dagen.
Hieronder nog een foto van mijn omgeving en in dit geval van de richting waar de wind uit kwam. Overigens stond ik bij een stuwmeer. Een stuwmeer waar ik niets van gezien heb, omdat ik daarvoor nog een stuk had moeten klimmen en daar had ik de puf niet voor. Op satellietfoto's kun je echter gelijk zien hoe droog het hier is. Het stuwmeer hoort namelijk ter hoogte van mijn tent te komen, maar ligt 200 meter verderop. Deze dagen werden de cijfers bekend hoe gevuld de stuwmeren in Spanje zijn en gemiddeld is dat maar voor 40% en in deze regio zijn zelfs diverse stuwmeren voor minder dan 20% gevuld.
Ik had ook weer een huisdier en zelfs een hele snelle. Een metallic zwarte spin had mijn tent als tijdelijk huisje gebruikt. Bij het afbreken maakte hij dat hij snel naar elders ging. Dit deed hij met zo'n snelheid, dat ik hem enkel bewogen op de foto kreeg. Velen zullen wel weer erg blij zijn met deze foto kijkende naar eerdere reacties op spinnenfoto's.
Ook de planten zijn hier soms wat vreemd. Een plant met rode bessen en witte bloemen? Nou nee, dat zijn slakken die hier en masse op de planten gaan zitten.
Vlak na de slakken, die ik vind langs hetzelfde pad waar ik anderhalve dag geleden met zoveel moeite omhoog ben geklauterd en waar ik nu gelukkig een stuk eenvoudiger naar beneden kan, kan ik weer op de fiets, maar niet voor lang. Ik verwacht ineens naar beneden te kunnen, maar in werkelijkheid gaat de weg regelmatig ook weer bijzonder steil omhoog, waardoor ik van de fiets moet om te lopen.
Er is zelfs een stuk dat zo ongekend steil naar beneden gaat, dat ik het niet aandurf om het fietsend te doen. Op het einde van dat stukje namelijk geen uitloopmogelijkheid, maar een scherpe bocht en een muur. En als ik zeg steil, dan bedoel ik ook steil. Meer dan 40% naar beneden.
Uiteindelijk lukt het gelukkig om via vele kleine straatjes de grote weg weer te vinden en kan de reis verder. De wind is er echter nog altijd, maar hij staat inmiddels net iets anders, waardoor ik hem niet schuin van achteren heb, maar schuin van voren. Kan er nog wel bij na een slapeloze nacht.
Het is dankzij de wind een zware dag, waarbij de kilometers echt overwonnen moeten worden. Behalve over hoe het aan heeft gevoeld, valt er over de route niet veel te melden, meer van hetzelfde als de afgelopen dagen, maar dan wat minder mooi.
Orihuela, de laatste plaats van vandaag is echter wel de moeite waard. Het is een oud stadje met een aantal gebouwen uit de middeleeuwen die het hebben overleefd. Opvallend genoeg heeft dit kleine plaatsje zelfs een universiteit. De oorsprong van Orihuela ligt overigens al in ieder geval in de Romeinse tijd, maar daar heb ik geen overblijfselen van gezien.
De gemeente Orihuela is overigens erg groot en loopt vanaf vlak na Elche waar ik de dag voor de rustdag was, tot bijna aan Murcia, waar ik morgen hoop te zijn. Grotendeels is dit een enorm akkerbouwgebied. De gewassen komen je hier bijna uit de oren als je hier een dagje fietst.
Ik zie hier overigens ook voor het eerst een supermarktketen met een voor mij als Nederlander opvallende naam. Hoe slim moet je zijn om hier je inkopen te doen?
Orihuela ligt overigens ook op de Camino del Cid, maar om dat verhaal uit te leggen zou wel heel veel tijd in beslag nemen. Google maar eens op El Cid als je meer wilt weten over deze heroïsche ridder.
Direct na Orihuela vind ik een plekje om mijn tent op te zetten. Nu maar hopen dat ik een goede nachtrust krijg, want ik kan het gebruiken. Als afsluiter nou niet bepaald een slaapverwekkend nummer, maar gewoon een nummer dat erg lekker is en meer gehoord mag worden.
Aantrekkende wind, 27 kilometer en 80 hoogtemeters.
Vannacht sliep ik dus op het industrieterrein van Tarragona, op een onverkocht perceel. Hoewel er erg slecht weer onderweg is volgens de voorspelling, moet ik echter wel vandaag weer verder, want de plek waar ik sta is absoluut niet geschikt voor slecht weer.
Het is hier namelijk veel te open om bescherming te bieden tegen de voorspelde wind. Vandaag gaat dus een dagje worden van zo ver mogelijk fietsen en ondertussen de weerapp scherp in de gaten houden, want ik wil natuurlijk wel uiteindelijk droog in mijn tent zitten op het einde van de dag.
Mijn nachtrust was overigens bijzonder slecht. Toen ik hier gisteren laat aan was gekomen hoorde ik nog niets, maar vlak voor ik wilde gaan slapen hoorde ik voor het eerst muziek. Muziek die vervolgens ieder kwartier een stukje harder werd gezet, en harder, en harder, etcetera. Wat bleek, op dit industrieterrein was ook nog een discotheek gevestigd. Blijkbaar was isolatie hier niet nodig, dus was buiten alles goed te horen. Ik neem aan dat het geluidsvolume de voornaamste indicatie was voor de drukte in de zaak. Pas diep in de nacht ging het volume langzaam weer wat naar beneden, waarna ik de slaap kon vatten.
Direct na vertrek is mij ook gelijk duidelijk waarom ik gisteren diverse tankers buiten de haven zag liggen wachten, er is hier ontzettend veel petrochemische industrie. Onder andere een grote fabriek van BASF, maar nog vele anderen. Om bij de weg te komen die ik vandaag wil volgen moet ik over een weggetje dat midden tussen de chemische installaties loopt. Weer eens iets anders om te bekijken.
Het geraas van het affakkelen is natuurlijk niet in beeld te brengen en zo'n vlam wil ook niet echt lekker op de foto, maar indrukwekkend is het wel om er vlak langs te fietsen.
Vandaag ga ik in de richting van Salou en als het goed is verder. Waar Lloret de Mar leeft bij de gratie van de jeugdzonde, is dat voor Salou volgens mij dubbel zo erg. Ik ben er zelf nog nooit geweest, maar ken de verhalen.
Overigens is het een bewuste keuze om er nog nooit te zijn geweest. Tijdens mijn periode in Calella gingen collega's regelmatig naar Salou om te stappen, maar ik sloeg bewust iedere keer over. Dan koos ik liever even voor een avondje Engelse pub of zo.
Salou is langs dit hele deel van de kust vooral bekend vanwege Port Aventura, het lokale ponypark zeg maar. Vanaf Valencia tot de Franse grens is er volgens mij geen kustplaats zonder pendelbus naar Port Aventura. Terwijl ik er op een afstandje langs pendel en de achtbanen zie, merk ik dat ze ook in de winter vol in bedrijf zijn. Ooit al eens gehoord dat Spanjaarden zelf alleen in de winter gaan, omdat ze het hier anders te druk vinden en dat zou dus wel eens kunnen kloppen.
Mijn behoefte om Salou te betreden is nog altijd niet echt gegroeid, dus beperk ik me tot de doorgaande weg door Salou. De aanblik is ronduit troosteloos. Ik heb veel lege badplaatsen gezien de afgelopen weken, maar dit is wel heel erg leeg. Nu helpt het niet dat het Driekoningen is, in Nederland het teken dat de kerstboom eindelijk de deur uit kan, hier een echte feestdag, maar dan nog. Het is hier echt uitgestorven. Blijkbaar trekken ze behalve het zomerse feestvolk hier geen andere bezoekers.
De enige andere foto die ik van Salou heb is dan ook van grote afstand, vanaf het strand van Cambrils, een plaatsje verderop.
Cambrils heeft overigens zijn eigen niveau van triestheid. Dit plaatsje staat zo te zien helemaal stampvol met koopappartementen en time shares en die geven an sich al een troosteloze aanblik in de winter. Wat het hier echter triest maakt, is dat het strand van Cambrils aan het verdwijnen is. Ondanks verwoede pogingen om het strand te beschermen met golfbrekers voor de kust, is het strand op veel plekken maar een paar meter breed en soms zelfs volledig verdwenen.
Heb je een appartement aan de kust gekocht, kun je niet eens naar het strand omdat het strand verdwenen is. Dan zul je balen. Als ze geen oplossing kunnen vinden zou dat zomaar de dood van Cambrils als badplaats kunnen betekenen.
Na de vele kilometers boulevard van Cambrils te hebben gefietst is het tijd om weer iets landinwaarts te trekken, om de N340 weer op te pikken. Onderweg naar de N340 kom ik ook nog eens langs twee inmiddels permanent gesloten campings. Blijkbaar is de achteruitgang hier dus al begonnen.
Dan even over het weer. Het had al lang moeten regenen, maar de buien die mijn kant opkomen buigen iedere keer vlak voor me af het binnenland in. Dat is dus een mooi mazzeltje. De wind is echter wel steeds meer aan het toenemen en lijkt soms van alle kanten te komen. Tijd dus om een mooi beschut plekje op te zoeken.
Iets dorpje verderop, met een paar enorm grote en blijkbaar wel prima florerende campings, vind ik een stukje van de N340 af een prachtig stukje bos, met langs de randen een muur van groen. Ik loop via een pad het bos in, sla daar waar een doorgang is af dieper het bos in en ga nog een keer de hoek om, zodat ik uiteindelijk achter die muur van groen terecht ben gekomen.
Op deze plek durf ik het aankomende weer wel uit te zitten, want hoewel de wind inmiddels echt door de bomen jaagt, voel ik door de bescherming van de struiken om me heen zelf geen zuchtje wind. Bovendien ben ik vanaf het bospad volkomen onzichtbaar. Een perfect plekje dus om de dag af te sluiten met een stukje muziek. Iets over dat lege Salou.
Ik was er al een beetje bang voor, de wind heeft me aardig wat nachtrust gekost. De hele nacht bleef deze voortdurend het bos rondom me geselen, met de daarbij horende herrie. Na een korte nachtrust word ik dus verre van fris wakker.
Dezelfde wind blijft vervolgens ook nog tot in de middag aanhouden, waardoor ik met een vermoeid lijf maar kort kan fietsen. Niet echt het recept voor topprestaties.
Zodra de wind voldoende is afgenomen om weer veilig te fietsen pak ik mijn spullen in en begin het gevecht met de resterende wind. Een groot deel van de route van vandaag loopt overigens langs het strand, dus ik krijg veel van onderstaande te zien.
Behalve strand en veel palmbomen aan de ene kant, aan de andere kant een paar uitwisselbare dorpjes. Het is echt onvoorstelbaar hoeveel alles hier op elkaar lijkt. De plaatsnaambordjes niet meegerekend, zie je het verschil tussen de dorpjes vaak alleen aan het gebruikte straatmeubilair.
Ik kan me niet voorstellen dat deze eenheidsworst een blijvende trekkingskracht heeft op toeristen en het zou me niet verbazen als inmiddels de Russen deze dorpjes grotendeels hebben overgenomen van bijvoorbeeld de Nederlanders, Duitsers en Engelsen.
Helaas zie je het overal langs de kust gebeuren dat sommige plaatsen en streken niet blijven investeren en daardoor steeds verder afglijden op de toeristische ladder. Onderaan deze ladder zitten vaak de all-in vakanties voor Russen. Zodra die groep er zit gaat het vaak alleen maar sneller bergafwaarts, omdat er een kaalslag ontstaat bij de lokale restaurants en barretjes, omdat mensen buiten het hotel niets meer eten en drinken.
De vrijwilligers die wekelijks bezig zijn om de omgeving te restaureren waar ik gisteren sliep om 'kwaliteitstoerisme' aan te trekken hebben het in ieder geval wel begrepen. Met de komst van de belachelijk goedkope vluchten is het niet meer genoeg om zon, zee en zuipen aan te bieden, want dat kunnen ze elders goedkoper. Om mee te blijven doen zul je meer moeten bieden en dat besef is nog altijd niet genoeg doorgedrongen hier.
Ze hebben hier nog één geluk, en dat is het weer in voor- en najaar. In die periode komen er namelijk nog wel meer westerse toeristen, omdat die steeds vaker het geld hebben voor een tweede, of zelfs derde vakantie. Wat hebben we het toch slecht. Daarnaast zijn er natuurlijk nog de overwinteraars, maar die ga ik vooral verder naar het zuiden zien.
Persoonlijk ben ik overigens nooit een strandtype geweest. Ik heb meer met cultuur en historie. Op de zee ben ik dan wel weer gek, maar dan bij voorkeur bij slecht weer. Weinig zo indrukwekkend als de rauwe kracht van de zee die brult als een leeuw. Vandaag is de zee echter zo kalm als een pluche leeuw en dan gaat het wel een keer vervelen.
En ik maar denken dat ik niet veel te melden had over deze dag met weinig kilometers. Een kort stuk is het weer niet aan het worden. Wel een kort stuk was het van de zee naar de supermarkt. Het duurde alleen wel even voor ik daar ben.
Ik moet namelijk een weg over waar ik nog heel veel van te zien ga krijgen, de N340 pik ik hier namelijk voor het eerst op. Oorspronkelijk was deze weg ruim duizend kilometer lang, van Barcelona tot Cádiz. Grote delen zijn echter tegenwoordig vervangen door snelweg en daarmee niet meer voor mij toegankelijk.
Hier is die dat nog wel, althans in theorie. In de praktijk duurt het ruim een kwartier voor ik de weg over kan steken om er daarna gebruik van te kunnen maken. Ik begrijp gelijk waarom hij op zoveel plekken is vervangen door een snelweg.
Na een kilometer kan ik er alweer vanaf om bij een supermarkt te stoppen voor de inkopen van vandaag. Hierna neem ik even plaats op een bankje om Google Maps te bestuderen voor een geschikte overnachtingsplaats, en ik zie dat er op 200 meter van me een veelbelovende locatie is.
Na enig zoeken weet ik daar een plekje te vinden waar, net als gisteren, mijn tent met enig passen en meten precies past. Een paar wat kleinere struiken moeten de nacht noodgedwongen gebogen doorbrengen, maar dat zullen ze wel overleven. Tijd dus voor de afsluiter. Die struiken doen me aan een artiest denken deze keer.
Schijn bedriegt en daardoor maar 9 kilometer en 70 hoogtemeters.
Ik sliep vannacht in een stukje bos dat tussen wat velden is gelegen. Het grootste deel van de nacht maar half onder de dekens, want het werd niet kouder dan vijftien graden vannacht. Lang geleden dat ik dat mee heb gemaakt.
Met die velden hier is echter wat vreemds aan de hand. Ze zijn allemaal ommuurd, maar ook allemaal verwilderd. Wat is hier aan de hand? Er was wat research op internet voor nodig, maar inmiddels weet ik wat hier aan de hand is en was.
Ruim 500 jaar geleden zijn arme boeren uit het binnenland naar hier getrokken om hier het land te ontginnen. Boeren die vanaf het begin al met de nek werden aangekeken door de lokale bevolking.
In de winter stond in deze velden hun vee, vee dat gedurende de zomer in de Pyreneeën liep. Het weggetje waarover ik gisteren het gebied in ben gegaan was in die tijd onderdeel van de drijfroute voor vee tussen zomer- en winterweides.
Veel van het verleden is er nu niet zichtbaar, maar iedere zondagochtend is er een groep vrijwilligers actief in het gebied voor restauratie. Met hoopt met een paar jaar zo ver te zijn om dan kwaliteitstoerisme aan te kunnen trekken.
De boertjes die eeuwenlang met de nek werden aangekeken kunnen het stadje dan een mooie kwaliteitsimpuls hebben gegeven. Hoe dan ook zijn ze al verantwoordelijk geweest voor één van de zeer schaarse groene longen rond Barcelona.
Op het moment dat ik vertrek van hier lijken de omstandigheden perfect voor een dagje fietsen. Ruim twintig graden en volop zon. Een paar kilometer verderop begint dat echter te veranderen. Vlak voor ik bij een supermarkt ben steekt er een briesje op en even later heb ik al twee keer de grootste moeite om mijn fiets recht te houden.
Na het boodschappen doen is de weersomslag compleet. Nog altijd is het ruim twintig graden met volop zon, maar ondertussen rijden de winkelwagentjes zelfstandig over het parkeerterrein, voortgedreven door de wind.
Toen ik in 2000 in Calella zat heb ik dit ook een paar keer meegemaakt en we noemden het toen het 'kustbriesje'. Het begint met een briesje op een vrijwel windstille dag en een kwartier later vliegen handdoeken en parasols de zee in dankzij een stormachtige wind.
Een paar keer per jaar komt dit voor en niet altijd zijn ze even goed te voorspellen. Soms duren ze een dag en soms valt het na een uurtje alweer helemaal stil. Hopende op dat laatste besluit ik een bankje op te zoeken en te wachten. Fietsen is nu namelijk geen optie.
Helaas gaat fietsen ook geen optie meer worden, waardoor ik na een tijdje dus noodgedwongen op zoek moet naar een plekje voor de nacht. Af en toe kan dat even fietsend, maar grotendeels lopend.
Hierbij fiets ik overigens ook nog even door de zee. Die zal ik even uitleggen. Er liggen hier regelmatig afwateringskanalen die vanaf de heuvels naar de zee lopen. Bij zware neerslag loopt daar een kolkende watermassa door, maar vaak doen ze bij droogte gewoon dienst als weg, zoals in dit geval. De zee is echter dusdanig onrustig, dat de golven een stuk van het afwateringskanaal onder water hebben gezet, waar ik doorheen moet. Al met al fiets ik daardoor dus een stukje door de zee.
Na lopend een heuvel op te zijn gaan vind ik een stukje bos dat mij en mijn tent kan beschermen tegen de wind. Helaas geen mooie open plek om mijn tent te plaatsen, maar met wat passen en meten wil het net. Er groeit een struik in mijn voortent en ik moet omlopen om van de voor- naar de achterkant van mijn tent te komen, maar hij staat. Nu maar hopen dat de wind mijn nachtrust niet teveel gaat verstoren. Tot slot nog een afsluiter met een toepasselijke titel.
Gisteren was de wind die al een paar dagen fors aan het waaien was ineens verdwenen, maar vannacht keerde hij in alle hevigheid terug. De plek die ik had gekozen bood geen bescherming tegen deze niet voorspelde wending, waardoor ik bijna geen oog dicht heb gedaan. Alles bij elkaar heb ik hooguit een uur slaap gehad.
Het daglicht schijnt nog niet zo lang mijn tent in op het moment dat de wind nog harder gaat blazen en ik dusdanig voor de veiligheid van mijn tent begin te vrezen, dat ik besluit om direct in te gaan pakken.
Met een vermoeid lijf sta ik dan ook in de ochtend kou als opgejaagd wild mijn tent af te breken tot het punt dat hij plat ligt en de wind er bijna geen vat meer op heeft. Op dat moment kan ik even opgelucht ademhalen.
Het is ook op dat moment dat ik voor het eerst bij daglicht om me heen kan kijken, en mijn vermoeden van gisteravond blijkt waar te zijn. Deze of vorige zomer is alles hier platgebrand.
Diverse van de hier aanwezige schuurtjes zijn ingestort, bomen en struiken zijn vaak geheel of gedeeltelijk zwart en zelfs het gras is op sommige plekken verbrand. En dat allemaal letterlijk naast de stad. De buurtbewoners zullen zich ongetwijfeld grote zorgen hebben gemaakt.
Na op adem te zijn gekomen moet mijn tent nog opgevouwen worden en dat is altijd een uitdaging bij veel wind. Het is even stoeien, maar uiteindelijk krijg ik hem in zijn zak en kan ik vertrekken.
Gisteren ben ik door de stad gefietst, nu moet ik nog langs één van de commerciële centra van Natbonne. Daarbij moet je niet denken aan een paar winkeltjes, maar kilometers achter elkaar de ene na de andere grote winkel. Ik tel alleen al zeven supermarkten bijvoorbeeld.
Bij één van die supermarkten stop ik om wat vers ontbijt in te slaan en buiten, beschut tegen de wind, te nuttigen. Pas na dit ontbijt voel ik me weer een beetje mens en kan ik mijn weg vervolgen.
Uiteraard is de wind er nog wel altijd en helaas staat die vandaag niet in mijn voordeel. Meestal heb ik hem vol in mijn zij, soms schuin tegen en beiden is een uitdaging met windstoten tot boven de tachtig kilometer per uur.
Met al mijn bagage vang ik veel wind, waardoor ik 'alle zeilen bij moet zetten' om mijn stuur een beetje recht te houden. Normaal fiets ik wat dichter op de rijbaan, omdat daar de weg schoner is, maar dat kan ik me vandaag niet veroorloven, omdat ik ruimte naast me nodig heb om plotselinge windvlagen op te vangen.
Gevolg is dat ik moet fietsen waar alle rotzooi ligt, de steentjes, resten van auto-onderdelen en ook glas. Scherp opletten dus, maar gelukkig weet ik lekke bandem te voorkomen.
De niet aflatende wind heeft wel tot gevolg dat mijn armen voortdurend vermoeid raken, omdat ik zoveel kracht nodig heb om het stuur recht te houden. In combinatie met de stukken wind tegen zorgt dit dat ik vaak moet pauzeren.
Ik was vroeg vertrokken, maar leg onder de omstandigheden maar een afstand af die eerder past bij een laat vertrek. Iedere kilometer is winst denk ik dan maar. Onderweg niet echt de kans gehad om om me heen te kijken, dus een eerste foto maakte ik pas toen ik al in het gebied was waar ik een slaapplek wilde zoeken. Terwijl ik de heuvel die ik net beklommen heb afkijk, zie ik dat de ondergaande zon de vallei in een mooie gloed zet.
Mijn plek voor de nacht is zorgvuldig gekozen. Ik ga mooi in een bos staan, zodat ik aan alle kanten bescherming heb tegen de wind. Naar ik hoop bescherming genoeg om nu wel goed te kunnen slapen. Enkel nog een stukje muziek voor het slapen gaan. Deze is al een keer eerder geweest, maar na vandaag heb ik weinig keuze qua toepasselijke muziek.
Laat vertrek door regen, wind tegen en 13 kilometer.
Gisteravond was de voorspelling nog dat het vandaag droog zou blijven, vanmorgen is dat anders. Bij het ontwaken zie ik op de weerapp dat het ieder moment kan gaan regenen. In eerste instantie lijkt het om 12 uur droog te worden, wat me nog mooi wat fietstijd zou geven, maar de buien bewegen steeds langzamer, waardoor de mogelijkheid om te vertrekken ook steeds verder naar achter verschuift.
Uiteindelijk stopt de regen iets na twee uur. Er is nog wel een nakomertje onderweg, maar dat kan ik wel hebben. Nu zou ik niet zo lang geleden van een dag als vandaag een rustdag hebben gemaakt, maar ik loop al genoeg achter op schema, dus besluit ik toch te vertrekken, ook al kan ik nog maar even fietsen.
Ik sta letterlijk net dertig seconden buiten mijn tent, op het moment dat de eigenaar van dit verwilderde stuk land langskomt. Hij vraagt of ik van plan ben om lang te blijven, waarop ik zeg dat ik net wil vertrekken. Zijn reactie is tot mijn verrassing blijf toch nog een nacht, veel te koud om te fietsen vandaag. Ik dank hem voor het aanbod, maar zeg toch te vertrekken, waarna ik begin met het leeghalen en daarna afbreken van de tent.
Zodra ik op de fiets stap merk ik dat er nog iets niet klopt aan de weersvoorspelling, ik heb de wind niet zoals verwacht schuin mee, maar juist schuin tegen. Dat helpt natuurlijk niet op een korte fietsdag als vandaag.
De weg die ik deze dagen volg is de oude route national 9. Die is tegenwoordig geen route national meer, maar gewoon een departementale weg. Na Agde gisteren heb ik besloten om even van die weg af te wijken, omdat de weg waar ik vannacht naast geslapen heb korter is. Vandaag ontdek ik dat dat een extra goede keuze was, want op het punt waar ik weer bij die weg kom zie ik dat het daarvoor een autoweg was, waar ik helemasl niet had mogen fietsen. Met wat mazzel heb ik dus in ieder geval een omweg met zoekwerk weten te voorkomen.
Ik worstel een aantal kilometers met de wind, doe onderweg nog even inkopen, en moet daarna alweer op zoek naar een plek voor de nacht. Gelukkig vind ik nog net voor zonsondergang een prachtige plek om ongemerkt de nacht door te brengen, zodat ik nog met daglicht mijn tent op kan zetten. Dat is ook wel een keer fijn. Vlak voor ik klaar ben zie ik nog net hoe de ondergaande zon het bijna laat lijken of er een bosbrand gaande is, iets dat hier overigens niet ongewoon is.
Een dag waarop ik niet veel heb gefietst en dus ook niet veel heb gezien, maar liever dertien kilometers dan nul. Ik slaap dus weer wat dichter bij Spanje. Als afsluiter een nummer dat vandaag in mijn hoofd zat en ik luidkeels gezongen heb terwijl het verkeer langs me raasde.
Ik sliep vannacht in de bewoonde wereld. Echt direct naast het dorpje Carnon vond ik namelijk een plekje dat niet meer in gebruik was en dat dankzij begroeiing op de juiste plek precies uit het zicht was. Het terrein lag vol met platen gestort beton en er waren rioleringsaansluitingen. Iets zegt me dat hier ooit woonwagen hebben gestaan.
Qua route voor vandaag heb ik een aantal opties en de eerste die ik wil proberen is langs het kanaal tussen Rhône en Sète. Ik ben het nu eenmaal gewend om langs kanalen te fietsen. Bovendien is dit een bijzonder kanaal, want dit kanaal is aangelegd in het water.
Het fietsen valt me echter direct al tegen hier. De ondergrond is niet ideaal, modder en grind, maar erger is de wind. Die zou schuin in de rug moeten zijn, maar is juist schuin van voren en dat zorgt dat het een echte worsteling is, want er is hier geen enkele beschutting.
Qua uitzicht is het wel mooi en bijzonder. Je hebt het kanaal met links en rechts zoutwater meren en nog verder naar links af en toe ook nog zicht op de zee. Water, water en nog eens water dus. Overigens ook nog regelmatig met roze flamingo's in dat water, dus dat maakt het nog bijzonderder.
Na vijf kilometer worstelen met de wind ben ik er echter wel klaar mee en pak ik een brug landinwaarts in de hoop om af en toe iets beschutting te krijgen. Helaas blijkt dat grotendeels tegen te vallen, maar de dorpjes die ik passeer geven gelukkig wel de mogelijkheid om even op adem te komen.
De wind zorgt echter wel dat ik langzaam gesloopt begin te raken. Vooral de windstoten die tot 75 kilometer per uur gaan lijken alle kracht uit me te blazen. Veel kilometers zitten er vandaag dan ook niet in.
Beduidend eerder dan oorspronkelijke planning kies ik dan ook een dorpje om boodschappen te doen. Ik koop hier heel veel water in, want morgen is het wasdag. Nu kost water hier bijna niets, maar het moet wel eerst nog mee natuurlijk.
Ver het dorpje uit hoef ik niet om in de omgeving te komen waar ik voor twee dagen mijn kamp op wil slaan, dus dat valt mee met al dat water bij me. Wat wel wat lastiger is, is dat ik met de fiets aan de hand een rotspad omhoog moet klauteren.
Ik heb namelijk een plekje uitgezocht op een heuvel, die bijna volledig uit rots bestaat. Terwijl ik naar boven loop zie ik al een mooi uitzicht, met lichtjes op vele kilometers afstand. Ik kan zelfs twee vuurtorens zien, de eerste onderweg.
Eenmaal boven moet ik de tent nog opzetten en dat moet goed gebeuren, want het zal de komende dagen fors blijven waaien en veel beschutting is hier niet. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want zoals gezegd is het hier vooral rots. Om precies te zijn, rots, daarbovenop een paar centimeter aarde en dan nog een laagje stenen.
Eerst dus even de stenen weghalen daar waar ik ga liggen, want anders is slapen al helemaal geen optie. Daarna de tent opzetten en de haringen de grond in. Hier druk je ze niet zomaar even de grond in, ik moet ze hier echt de rots inslaan. Telkens dus op zoek naar een spleetje in de rots, daar de haring in en dan maar slaan. Alles bij elkaar duurt dat anderhalf uur, maar dan staat de tent ook ontzettend vast. Probeer deze haringen maar eens de grond uit te krijgen.
Het ruikt hier trouwens ontzettend lekker, daarover morgen meer, dus dat is een goed voorteken voor de was van morgen. Op naar de afsluiter van vandaag. Een wat vreemde samenwerking, maar het gaat mij om de titel die mooi past bij mijn huidige locatie.
Hier volgt het weerbericht voor de regio La Salle - Lyon.
Zoals ik gisteren al aan zag komen, zal ik vandaag ook geen progressie maken. Nu niet door de rug, maar door het weer. Op zich wel passend, want mijn eerste dag hier was ook vanwege het weer, dus de cirkel is weer rond.
Eerst maar eens terug naar afgelopen nacht. Ik heb niet veel geslapen, want de wind die gisteren al fors was trok vannacht aan tot wat in ieder geval klonk als een storm. Ondanks de bescherming van het groen om me heen was mijn tentzeil flink aan het klapperen. De wind door de bomen in combinatie met het geklapper waren zo luid dat de ook gedurende de nacht druk bereden weg en spoorweg iets verderop niet te horen waren.
Op enig moment was er een enorm gekraak te horen. Bij daglicht blijkt dat één van de dode bomen die ik eerder een stuk verderop had zien staan het heeft begeven. Ik kan je zeggen dat je dan plotsklaps volkomen wakker bent.
Gelukkig horen dode bomen en dode takken bij het lange lijstje dat ik altijd afloop bij het zoeken van een geschikte plek. Een gezond ogende boom kan het natuurlijk ook begeven, maar die kans is een stuk kleiner in een bos. Aan de rand gaan ze juist weer wat sneller.
Na een korte en onrustige nachtrust word ik vroeg wakker, het waait nog altijd fors, en begin ik aan het rekken en strekken om mijn rug op gang te krijgen. Pas na deze activiteiten kijk ik naar de weersverwachting en direct is me duidelijk dat ik nog een dag geduld moet hebben.
Tot diep in de middag zal de wind nog tekeer gaan. Niet zo fel als afgelopen nacht, maar meer dan fel genoeg om er niet regenen te gaan fietsen. Ik heb een vergelijkbare wind eerder recht in het gezicht gehad, op weg naar Luik, en dat was geen positieve ervaring.
Het ging toen maar om een stukje van een kilometer of tien met windkracht vier met uitschieters tot zeven en dat is precies de voorspelling voor vandaag. Met mijne grote lijf en bagage die zich dan gaat gedragen als een zeil kwam ik toen bijna tot stilstand. Op geen ander moment op mijn reis heb ik zo lang over tien kilometer gedaan. Ook heb ik toen nog dagen de effecten gevoeld van die krachtsinspanning, dus dat doe ik niet nog een keer.
Ach ja, zo krijgt mijn rug ook nog wat extra rust, kan alleen maar helpen. Om de tijd wat te doden besluit ik een stukje te wandelen. Eigenlijk is dit weer de eerste keer dat dat kan sinds het begin van de rugproblemen, dus gelijk maar gebruik van maken.
Later op de dag nog even naar de supermarkt. Op de terugweg zie ik een straatje dat ik nog niet ken en die ga ik dus maar in. Had ik dit straatje maar eerder genomen, want ineens kom ik het mooiste deel van Saint-Martin-Belle-Roche, de plaats waar ik telkens mijn boodschappen doe.
Ik zie een lieflijk pleintje met een leuke kerk en daarachter nog een kerktoren. Deze laatste blijkt van een oud klooster uit de twaalfde eeuw te zijn. Spijtig dat ik dit allemaal pas ontdek vlak voor zonsondergang op mijn laatste dag hier, dus meer dan een snelle foto zat er niet in.
Even later geniet ik nog even van de zonsondergang. Ik genoot er zelfs zo van dat ik vergat om er een foto van te maken. Het was een echte Zuid-Franse zonsondergang, met prachtige zachte pastelstiften. Echt genieten.
Vlak na zonsondergang gaat ook eindelijk de wind liggen, een mooi moment om naar de weersvoorspelling van de komende dagen te kijken. Het gaat weer kouder worden, maar dat is geen probleem. De wind lijkt zich ook wat meer te gedragen, dus dat is gunstig. Blijft over de regen.
Voor de komende dagen worden er her en der buien verwacht. Morgen lijkt nog mee te vallen, maar de dagen daarna gaan er om spannen. Vooral het passeren van Lyon lijkt een uitdaging te worden. Lyon ligt aan het begin van een vallei en daardoor valt er wat vaker regen. Daarnaast is Lyon met zijn voorsteden een immens geheel en daar zal ik op één dag doorheen moeten.
Tot Lyon en na Lyon is een paar uurtjes droog genoeg om weer wat verder te komen, maar Lyon moet echt in één ruk en dan moet het dus wat langer droog zijn. De komende paar dagen zal ik dus met grote regelmaat mijn weerapp controleren in de hoop dat na alle vertraging die ik nu heb gehad, het weer niet voor teveel overlast gaat zorgen.
Eenmaal voorbij Lyon zal het snel beter worden. Ik heb het weer voor het komende deel van de route uitgebreid kunnen bestuderen de afgelopen tijd en ten zuiden van Lyon regent het beduidend minder. Bijkomend voordeel is natuurlijk dat ik dan ook steeds dichter bij de mediterrane invloeden kom. Ongeveer een week na Lyon zal het langzaam gaan voelen als de lente. Ik kijk er naar uit.
Met al dat gepraat over het weer krijg ik ineens zin in een fout plaatje ter afsluiting. Veel plezier.
Vol energie werd ik wakker vandaag, want de weersvoorspelling ziet er goed uit. Hooguit een klein buitje onderweg. Op het moment dat ik voor het eerst in beweging kom voel ik echter een beetje zeurende pijn in mijn rug. Vreemd, want tussen vier en zes vannacht was ik nog wakker en toen voelde ik niets. Mogelijk in het laatste stukje slaap een verkeerde beweging gemaakt?
Ik begin wel gewoon met inpakken, want het voelt nog niet als iets onoverkomelijks. Gedurende het inpakken begint het echter steeds vervelender te voelen. Op het moment dat ik in de tent alles ingepakt heb begin ik ernstige twijfels te krijgen of ik vandaag wel verder kan trekken. Maar één manier om dat te ontdekken, ik moet de tent uit.
Zodra ik de tent uit kruip en overeind kom weet ik gelijk genoeg, spit en flink ook. Ik doe twee stappen richting mijn fiets en heb gelijk al spijt, omdat ik die twee stappen ook weer terug moet maken. Moeizaam draai ik me om en ga weer terug, waar ik me met een pijnlijke zucht weer op mijn knieën laat zakken in de tent weer in kruip.
Snel leg ik mijn slaapspullen weer neer en zuchtend ga ik liggen, de enige houding die comfort weet te bieden. Dit gaat hem vandaag echt niet worden en de dag of dagen daarna ook niet. Meestal duurt spit twee tot drie dagen bij me, maar in extreme gevallen zeven tot tien. Nu voelt het nu niet aan als een extreem geval, maar je weet maar nooit.
Gelukkig ben ik niet het type die nu gelijk in zak en as zit. Je kunt doen wat je kunt doen en meer niet. Ik ben inmiddels gestopt met me druk maken om zaken waar ik geen invloed op heb. Het is nu enkel hopen dat de pijn snel gaat zakken, want beweging is de beste remedie, maar dan moet ik wel eerst kunnen bewegen.
Ik vind het wel jammer dat ik hierdoor vandaag mijn kans mis om een keer flink te profiteren van de wind, want die zou een enorm voordeel hebben gegeven. Veertig kilometer per uur vol in de rug blijft dus mooi klinken, want ervaren doe ik het niet.
Wel kan ik diezelfde wind goed horen vandaag. Met name de windvlagen van deze mini-mistral zijn goed te horen in de boomtoppen van het stukje bos waar ik in sta. Tegelijkertijd ben ik ook blij dat ik eergisteren door weer en wind ben gefietst en daardoor nu op een goed beschutte plaats sta, waardoor mijn tent in ieder geval geen last heeft van de wind.
Over eergisteren gesproken, een opvallend effect van de tegenwind van die dag had ik nog niet vermeld en dan heb ik het niet over de golven met witte kopjes die stroomopwaarts de Saône op werden gedreven die dag. Ja, ik had de wind flink tegen.
Nee, ik heb het over het moment dat ik een zijstroompje passeerde dat uitmonde in de Saône. Dit stroompje was erg modderig en daardoor was het water goed te volgen terwijl het zich vermengde met de statig voortstormende Saône. Tot mijn verrassing had de wind zo'n effect, dat dit water gedurende enkele tientallen meters stroomopwaarts ging voor het uit beeld verdween. Indrukwekkend wat voor de kracht de wind kan hebben.
Al met al vrees ik dus dat ik hier wel een paar dagen zal zitten. Daarnaast kon dit blog dus ook wel eens een paar dagen wat saaier worden, want ik zal tijdens de komende paar dagen waarschijnlijk beduidend minder gaan beleven.
Hoewel het slechte nieuws over mijn gezondheid absoluut niet te vergelijken is met echt slecht nieuws, ik lig enkel een paar dagen hier, kwam ik hierdoor wel tot het idee om onderstaande als afsluiter van de dag te gebruiken.
Stromende regen en toch op pad voor een bescheiden 21 kilometer.
De weersvoorspelling voor de komende dagen is ronduit dramatisch. Regen, regen en nog eens regen. Bijkomend is dat het vanaf komende nacht ook nog eens flink gaat waaien, want er komt een mistral aan. Geen grote mistral, maar toch.
Als ik naar de regenradar voor vandaag kijk, dan is er een realistische kans dat ik de ergste regen ga missen, plus waar ik nu sta heb ik nauwelijks beschutting tegen de mistralwind. Reden om dus toch maar op pad te gaan vandaag.
Het weer in de vorm van de regen komt overigens vandaag uit het noordwesten, de wind komt overdag vandaag nog uit het zuiden en het is een forse wind ook. De eerste paar kilometer is het vooral de wind waar ik last van heb. De regen beperkt zich tot gemiezer, dus dat valt mee.
Na een paar kilometer kom ik bij een bord met een mooie mijlpaal. Dit bord geeft namelijk aan dat de monding van de Saône over honderd kilometer is. Het aftellen kan dus beginnen. Nog honderd kilometer Saône en ik ben bij Lyon en daarmee de Rhône, de rivier die me tot de zee gaat brengen. De heerlijk warme Middellandse zee.
Het verlangen naar die warmte komt niet veel later op gang, wanneer de miezerregen overgaat in volwaardige regen. Striemende regen en een striemende wind, wie wil dat nou niet? Gelukkig kom ik niet veel later een brug tegen die me kan beschermen tegen de regen en door achter mijn fiets plaats te nemen, kan ik mijn pauze ook redelijk gevrijwaard van de wind doorbrengen.
Ik had nog een beetje hoop dat de buien zouden verwaaien tijdens mijn pauze, maar uiteindelijk is het de hoop die verwaaien zal. De regen zal met bakken uit de lucht blijven komen. Voorwaarts dan maar weer, maar met frisse tegenzin deze keer. Verder, tot er ineens een ontvangstcomité op me staat te wachten.
Zo'n ontvangst, dat moet een teken zijn. Hoogste tijd dus om van de fiets te stappen en met de fiets in de hand de bosjes in te stappen. Precies ter hoogte van bovenstaande groep koeien, en dan ook echt precies, vind ik het perfecte plekje. Uit zicht met goede bescherming tegen de wind die zo gaat komen.
Gelukkig neemt de regen ook nog even wat af, zodat ik de tent kan plaatsen, zonder dat er teveel regen in valt. De tent blijft van binnen dus droog, maar ik ben ondertussen doorweekt. Zodra ik in de tent ben dus snel afdrogen en droge kleren aan voor ik onder mijn warme dekens kruip om na te denken over de afsluiter van de dag. Niet iets dat past bij de dag, want dat zou te droevig zijn en ik wil juist vrolijkheid.
Fris, paar buitjes, 25 kilometer en 70 hoogtemeters.
Je hebt dagen dat het opschiet en mindere dagen, vandaag was zo'n mindere dag. Maar laat ik beginnen met waar ik de nacht door heb gebracht. Dat was, net als gisteren, op een soort van gemeentelijke zandopslagplaats. Vandaag is het zondag, dus daar komt echt helemaal niemand.
De nacht was hier helaas geen beste nacht, maar dat had niets met de plek te maken, maar alles met het weer. Niet alleen heeft het bijna de hele nacht geregend, er stond ook nog eens een forse wind en met name die wind hield me lang wakker.
Tot vroeg in de ochtend was de tent voortdurend herrie aan het maken, en tot overmaat van 'ramp' schoot er midden in de nacht ook nog eens een haring los. Ik dus bij nacht en ontij de tent uit, want met forse wind kan één losse haring al snel voor een kettingreactie zorgen.
Nu is het plaatsen van de tentharingen ook al een paar dagen een uitdaging, en dat komt door de ondergrond. De grond is hier maar een zeer dun laagje en daaronder zit rots. Op veel plekken komt deze rots zelfs door de dunne laag grond.
De truc bij dergelijke ondergrond is om een stuk met graspollen te zoeken. Die pollen kunnen soms voor een oneffen ondergrond zorgen, maar onder die pollen zit altijd wat aarde. Door de haringen vervolgens uiterst schuin in de grond te plaatsen krijgen ze toch nog enige houvast.
Al met al dus een verre van optimale nacht, en dat merk je natuurlijk daarna overdag. Niet alleen omdat ik pas laat wakker werd, maar vooral omdat het lijf niet goed uitgerust is. Joop Zoetemelk zei al, de tour win je in bed. Met andere woorden, zonder rust geen prestaties. Dan dus maar een dagje rustig aan.
Wat ik dan wel weer mooi vond, was de ontdekking in de ochtend van wat vrolijk gekleurd natuurlijk schoon vlak bij mijn tent in deze grauwe omgeving van zand en steen.
Gelukkig was het, voor dat moment in ieder geval, opgeklaard tegen de tijd dat ik de tent in ging pakken, waardoor ik vanavond niet een natte tent op hoef te zetten. Direct buiten het terrein waar ik de nacht had doorgebracht trof ik dan ook een fraai uitzicht.
Gelukkig hoefde ik ook de heuvel niet meer te overwinnen waar ik op had geslapen, want dat was een gemene. Ik kon dus beginnen met eerst een heerlijke afdaling voor de volgende heuvel op zou doemen. Nog veel mooier is dat deze volgende heuvel voorlopig de laatste echt gemene is, met een klim van meer dan een kilometer. Na bijna 2.500 hoogtemeters in twee weken tijd kijk ik wel uit naar wat vlakkere wegen.
Bovenop deze voorlopig laatste klim neem ik een pauze op het lokale dorpsplein en drink daarbij één van mijn favoriete dranken, muntranja. Als kind dronk ik het vaak, maar al decennia is het vrijwel niet meer in Nederland te vinden. Onbegrijpelijk, want het is heel erg lekker en bovenal verfrissend. Sinds ik in Wallonië het Franse taalgebied ben betreden is het gelukkig weer overal te krijgen.
Op het moment dat ik weer verder trek valt er een buitje, maar gelukkig weet ik de meeste buien te ontlopen en zie ik ze op een afstandje vallen, zoals onderstaande. Buien in de verte zijn altijd mooier dan buien van heel dichtbij.
Ik fiets verder naar het plaatsje Lux. Hier heeft vast iemand ooit een kaarsje voor gebrand op een meter afstand. Hier neem ik nog een laatste pauze, voor ik aan de laatste vijf kilometer begin. Vijf vreemde kilometers, want kaarsrecht en zo vlak als een dubbeltje. Voorbij mijn doel loopt de weg zo zelfs nog even door, waardoor ik tegemoetkomende auto's minutenlang op me af zie komen. Een bijzonder vreemde ervating.
Op dit stuk weg stop ik nog wel een paar keer, om te genieten van het effect van de zonsondergang op het licht in de lucht.
Nu was ik oorspronkelijk van plan om mijn tent net in een bos te plaatsen, maar de jagers blijken nog niet klaar. Gelukkig is er vlakbij een alternatief met tienduizenden vriendjes, maar daarover morgen meer.
Rest enkel nog de afsluiting. Gewoon een leuk nummer met bijbehorende act. Helaas is de volledige versie niet op YouTube te vinden.
Fris en winderig, 33 kilometer en 210 hoogtemeters.
Geslapen op een steenworp afstand van de Maas, die ik vandaag voor het laatst zal zien. De eerste keer was alweer maanden geleden bij de Biesbosch. Daarna ben ik hem nog tegengekomen als grensrivier tussen Nederland en België, in Luik en gisteren in Verdun.
Behalve naast de Maas, word ik ook weer wakker op het prachtige Franse boerenland. Geef mij maar het Franse boerenland boven het Nederlandse boerenland. De akkers zijn hier veel uitgespreider en hier staat niet om de honderd meter een boerderij. De boerderijen staan hier in de kleine dorpjes en daarom zijn er daar zoveel van.
Na alles ingepakt te hebben vervolg ik mijn route langs de Maas. Nog negen kilometer genieten van deze rivier en het bijbehorende nagenoeg vlakke fietsparcours, voor ik weer de heuvels in mag. Overigens is er ook in dit gebied zwaar gevochten. De Duitsers probeerden hier om door de Franse flanken te breken, om zo de afvoer af te snijden. Ook hier dus weer begraafplaatsen uit die tijd.
Vlak na deze begraafplaats pauzeer ik nog even, om daarna de Maas een laatste keer over te steken en een stuk westwaarts te gaan. Vervelende voor mij daarbij is alleen wel dat er een westenwind staat en deze flink aan het aantrekken is.
De kilometers die volgen worden dan ook een ware martelgang. Op vlakke stukken heb ik al de kleine versnelling nodig om vooruit te komen, de klimmetjes zijn bijna niet te doen. De moed zakt me even in de schoenen wanneer ik zie welke route Google Maps me wil laten nemen, een steil geitenpad zonder enige beschutting tegen de wind. Dat gaat hem in ieder geval niet worden.
Terwijl ik mijn opties aan het overwegen ben word ik alweer opgevrolijkt. De vrolijkmakers in kwestie zijn een paar koeien. In Nederland keken koeien vaak niet op of om als ik passeerde, hier krijg je alle aandacht. Vanaf ruim honderd meter afstand beginnen ze al te staren naar wat voor gek daar bepakt en bezakt aan komt zetten. Nu hebben koeien nogal de neiging om je wat dullig aan te kijken en juist dat stemt mij weer vrolijk.
Ietwat vrolijker ga ik dus verder, op naar de alternatieve route die ik heb gekozen. Al snel ontdek ik dat ik blij ga worden van deze route, want hier geven de bomen beschutting tegen de wind. Eerst maar even uitrusten langs de kant van de weg om weer wat krachten op te doen.
Ik zit op een plek waar de heilige maagd ruim een eeuw geleden verschenen is aan een lokale dame, dus ik let scherp op of er een herhaalbezoek plaats gaat vinden. Uiteraard neemt ze niet de moeite om deze vermoeide reiziger wat op te beuren. Het is ook wat.
Wel hoor ik tijdens deze pauze met regelmaat een vreemd gedonder en geraas door het bos klinken. Pas na een aantal keren ben ik in staat om een eerste gok te wagen, ik denk dat het om een trein gaat, maar zeker weet ik het niet.
Na deze pauze wacht me nog een lange klim, dus laat ik daar maar eens aan beginnen. 120 hoogtemeters moet ik overwinnen, dus dit gaat wel even duren. Tijdens de klim hoor ik nog met regelmaat het geraas en gedonder, maar door de bomen en de helling blijft het geluid vervormd, waardoor het soms wel en soms niet als een trein klinkt.
Een kilometer verder eindelijk het antwoord op het raadsel, het is de TGV die hier twintig meter boven de grond de weg kruist. De eerste keer dat ik hem hoorde was het hoogteverschil zo'n tachtig meter en dat zal voor de vervorming van het geluid hebben gezorgd.
Terwijl ik onder de spoorbrug ga komt er net een TGV voorbij, dus ben ik ook nog eens overreden door zo'n kreng. Gelukkig wel zonder een kleerscheur op te lopen. Inmiddels begint de zonsondergang te naderen, maar de bovenkant van deze klim ook, dus ik kan in ieder geval deze klim nog even achter me laten.
Zodra ik boven ben wil ik op zoek naar een plek voor de nacht, maar eerst staat me een andere uitdaging te wachten. Bovenop is een kaal plateau van een kilometer of twee breed, waar de wind werkelijk overheen giert. Op dit plateau zit een stukje afdaling, waar ik moet trappen als een dolle om te voorkomen dat ik weer omhoog word geblazen.
Na de worsteling over dit plateau begint eindelijk de echte afdaling en wat een genot is dat na die lange klim. Hierbij kijk ik voortdurend uit naar een plekje voor mijn tent, maar ik vind niets. Pas een stuk na het volgende dorpje zie ik een plek en kan ik mijn tent op gaan bouwen.
De 33 kilometer van vandaag stemt mij tevreden. Het is de bedoeling dat dat binnen een paar weken een hele normale afstand is, maar voor nu is het de grootste afstand op een dag en daar ben ik, zeker in combinatie met wind en hoogtemeters, trots op.
Als afsluiter neem ik de trein maar als thema, omdat die me heel wat tijd heeft doen afvragen wat ik nu hoorde. Nu zijn er al wat trein nummers geweest, maar er zijn er nog genoeg te bedenken.