Posts tonen met het label De dijk. Alle posts tonen
Posts tonen met het label De dijk. Alle posts tonen

woensdag 10 januari 2018

Dag 248: Tarragona - Rustical Mont-roig

Aantrekkende wind, 27 kilometer en 80 hoogtemeters.

Vannacht sliep ik dus op het industrieterrein van Tarragona, op een onverkocht perceel. Hoewel er erg slecht weer onderweg is volgens de voorspelling, moet ik echter wel vandaag weer verder, want de plek waar ik sta is absoluut niet geschikt voor slecht weer.

Het is hier namelijk veel te open om bescherming te bieden tegen de voorspelde wind. Vandaag gaat dus een dagje worden van zo ver mogelijk fietsen en ondertussen de weerapp scherp in de gaten houden, want ik wil natuurlijk wel uiteindelijk droog in mijn tent zitten op het einde van de dag.

Mijn nachtrust was overigens bijzonder slecht. Toen ik hier gisteren laat aan was gekomen hoorde ik nog niets, maar vlak voor ik wilde gaan slapen hoorde ik voor het eerst muziek. Muziek die vervolgens ieder kwartier een stukje harder werd gezet, en harder, en harder, etcetera. Wat bleek, op dit industrieterrein was ook nog een discotheek gevestigd. Blijkbaar was isolatie hier niet nodig, dus was buiten alles goed te horen. Ik neem aan dat het geluidsvolume de voornaamste indicatie was voor de drukte in de zaak. Pas diep in de nacht ging het volume langzaam weer wat naar beneden, waarna ik de slaap kon vatten.


Direct na vertrek is mij ook gelijk duidelijk waarom ik gisteren diverse tankers buiten de haven zag liggen wachten, er is hier ontzettend veel petrochemische industrie. Onder andere een grote fabriek van BASF, maar nog vele anderen. Om bij de weg te komen die ik vandaag wil volgen moet ik over een weggetje dat midden tussen de chemische installaties loopt. Weer eens iets anders om te bekijken.


Het geraas van het affakkelen is natuurlijk niet in beeld te brengen en zo'n vlam wil ook niet echt lekker op de foto, maar indrukwekkend is het wel om er vlak langs te fietsen.

Vandaag ga ik in de richting van Salou en als het goed is verder. Waar Lloret de Mar leeft bij de gratie van de jeugdzonde, is dat voor Salou volgens mij dubbel zo erg. Ik ben er zelf nog nooit geweest, maar ken de verhalen.

Overigens is het een bewuste keuze om er nog nooit te zijn geweest. Tijdens mijn periode in Calella gingen collega's regelmatig naar Salou om te stappen, maar ik sloeg bewust iedere keer over. Dan koos ik liever even voor een avondje Engelse pub of zo.

Salou is langs dit hele deel van de kust vooral bekend vanwege Port Aventura, het lokale ponypark zeg maar. Vanaf Valencia tot de Franse grens is er volgens mij geen kustplaats zonder pendelbus naar Port Aventura. Terwijl ik er op een afstandje langs pendel en de achtbanen zie, merk ik dat ze ook in de winter vol in bedrijf zijn. Ooit al eens gehoord dat Spanjaarden zelf alleen in de winter gaan, omdat ze het hier anders te druk vinden en dat zou dus wel eens kunnen kloppen.


Mijn behoefte om Salou te betreden is nog altijd niet echt gegroeid, dus beperk ik me tot de doorgaande weg door Salou. De aanblik is ronduit troosteloos. Ik heb veel lege badplaatsen gezien de afgelopen weken, maar dit is wel heel erg leeg. Nu helpt het niet dat het Driekoningen is, in Nederland het teken dat de kerstboom eindelijk de deur uit kan, hier een echte feestdag, maar dan nog. Het is hier echt uitgestorven. Blijkbaar trekken ze behalve het zomerse feestvolk hier geen andere bezoekers.

De enige andere foto die ik van Salou heb is dan ook van grote afstand, vanaf het strand van Cambrils, een plaatsje verderop.


Cambrils heeft overigens zijn eigen niveau van triestheid. Dit plaatsje staat zo te zien helemaal stampvol met koopappartementen en time shares en die geven an sich al een troosteloze aanblik in de winter. Wat het hier echter triest maakt, is dat het strand van Cambrils aan het verdwijnen is. Ondanks verwoede pogingen om het strand te beschermen met golfbrekers voor de kust, is het strand op veel plekken maar een paar meter breed en soms zelfs volledig verdwenen.


Heb je een appartement aan de kust gekocht, kun je niet eens naar het strand omdat het strand verdwenen is. Dan zul je balen. Als ze geen oplossing kunnen vinden zou dat zomaar de dood van Cambrils als badplaats kunnen betekenen.

Na de vele kilometers boulevard van Cambrils te hebben gefietst is het tijd om weer iets landinwaarts te trekken, om de N340 weer op te pikken. Onderweg naar de N340 kom ik ook nog eens langs twee inmiddels permanent gesloten campings. Blijkbaar is de achteruitgang hier dus al begonnen.

Dan even over het weer. Het had al lang moeten regenen, maar de buien die mijn kant opkomen buigen iedere keer vlak voor me af het binnenland in. Dat is dus een mooi mazzeltje. De wind is echter wel steeds meer aan het toenemen en lijkt soms van alle kanten te komen. Tijd dus om een mooi beschut plekje op te zoeken.

Iets dorpje verderop, met een paar enorm grote en blijkbaar wel prima florerende campings, vind ik een stukje van de N340 af een prachtig stukje bos, met langs de randen een muur van groen. Ik loop via een pad het bos in, sla daar waar een doorgang is af dieper het bos in en ga nog een keer de hoek om, zodat ik uiteindelijk achter die muur van groen terecht ben gekomen.

Op deze plek durf ik het aankomende weer wel uit te zitten, want hoewel de wind inmiddels echt door de bomen jaagt, voel ik door de bescherming van de struiken om me heen zelf geen zuchtje wind. Bovendien ben ik vanaf het bospad volkomen onzichtbaar. Een perfect plekje dus om de dag af te sluiten met een stukje muziek. Iets over dat lege Salou.

zaterdag 30 december 2017

Dag 237: Belcaire d'Empordà - Parlavà

Een geheugentest, 30 kilometer en 110 hoogtemeters.

Vannacht in een prachtige omgeving geslapen. Dat vermoeden had ik al toen ik gisteren in het donker hier mijn tent aan het opzetten was, maar bij daglicht werd het pas echt duidelijk. Aan de ene kant van mijn tent kon ik kilometers ver kijken, tot de Pyreneeën.


Aan de andere kant ging het heuvel op, dus was het uitzicht wat beperkt, maar niet minder fraai.


Het ziet er hier niet alleen mooi uit, het ruikt zelfs nog beter. Opnieuw sta ik tussen de rozemarijn en nu niet een paar struiken naast de tent, maar enorme bossen aan alle kanten van mijn tent.


Deze keer stond er echter niet alleen rozemarijn, maar ook tijm stond er in ruime hoeveelheden en ook dat is een heerlijk geurende plant. De combinatie van de twee, en dan vooral dankzij de enorme hoeveelheid, zorgde voor een fantastische geur.


Ook een andere smaakbepaler uit de Mediterraanse keuken was aanwezig, her en der verspreid stonden er tussen de naaldbomen, die ook lekker ruiken natuurlijk, ook nog olijfbomen. Al met al een fantastische plek dus.


Iets minder fraais vond ik direct onderaan de heuvel waar ik de nacht door had gebracht. Ondanks een dappere poging van de boer om hier nog gras te groeien, is dit veld een stukje woestijn aan het worden. De weg waarvandaan ik deze foto had genomen lag onder een flinke laag zand die van het veld afgewaaid was. Ik had niet verwacht dat ik zo noordelijk in Spanje al de eerste tekenen van woestijnvorming tegen zou komen. En dan zijn er nog mensen die de klimaatverandering ontkennen. Woestijnen horen niet op deze plek en dit is het begin van een nieuwe woestijn. Door het verwaaide zand was het naastgelegen veld namelijk ook al zo goed als verstikt.


Nog weer tien meter verder moest ik even lachen. Ik blijk precies op de fietsroute die vanuit Griekenland naar Cadiz loopt te hebben geslapen. Sinds het zuiden van Frankrijk volg ik deze route wel qua algemene richting, maar niet letterlijk. Dan zou ik namelijk hele dagen over kleine slechte wegen rijden met ook nog eens veel meer klimmetjes dan ik nu te verwerken krijg. Een fantastische route voor liefhebbers met een MTB, maar ik waag me er niet aan met mijn fiets en bagage.


Vandaag ga ik weer een keer terug in de tijd. Niet uit sentiment, daar ben ik niet zo van, maar meer uit nieuwsgierigheid. Als kind van zes ben ik ooit een keer op vakantie geweest in l'Estartit en ik ben benieuwd of ik nog dingen herken van zo lang geleden. Ik heb wel een paar fragmenten van die vakantie in mijn hoofd, maar veel zijn het er niet.

Gisteren herkende ik trouwens al het eerste en dat ik het kasteel op de heuvel dat vanaf tientallen kilometers in de omgeving te zien is. Gisteren zag dat er toch wat anders uit trouwens op grotere afstand met zijn ronde vorm met daar iets bovenop.


Het gaat om Castell del Montgri, een kasteel met een opvallend stukje geschiedenis. Vanaf de buitenkant lijkt het een compleet kasteel, maar de binnenkant is nooit afgebouwd. Het enige dat er staat is dus een buitenmuur met bijbehorende torens op de hoek. De bouw begon eind dertiende eeuw toen twee Catalaanse edelen oorlog met elkaar hadden. Één van de twee heeft toen de opdracht gegeven dit kasteel te bouwen. Niet ter verdediging zoals gebruikelijk, maar als uitkijkpunt. Vanaf deze berg is immers de hele omgeving te zien en zo zouden alle troepenbewegingen te volgen zijn geweest. Toen de oorlog op zijn einde liep was het kasteel niet meer nodig en zijn ze gestopt met de bouw.

Iets verderop het volgende punt van directe herkenning, de twee pieken die boven l'Estartit uitsteken. Nog voor ik in de plaats zelf ben zijn deze al goed te zien.


In het plaatsje zelf herken ik nog een paar dingen. Ik kom langs een soort van speeltuin met een grote glijbaan waar we toen zijn geweest, en ik weet het restaurant te vinden waar we toen vaak zaten. Helaas wel in gesloten toestand vanwege de winter. Hoewel, mogelijk is het alleen maar goed dat ze gesloten zijn. Als ik het internet moet geloven dan maakt de eigenaar die er sinds vorig jaar op zit er een zooitje van en is het eten er tegenwoordig ronduit slecht.


Ook niet te missen zijn de rotseilandjes die voor de kust liggen en dat is het laatste dat ik herken. Genoeg gebouwen verder uit de tijd dat ik hier eerder ben geweest, maar ik herken er verder helemaal niets meer van.


Tot slot ga ik nog even naar de supermarkt, dezelfde als waar ik als zesjarig jochie kwam en de binnenkant van die supermarkt deed wel een paar belletjes rinkelen qua herkenning. De producten die er tegenwoordig te vinden zijn deden mij echter toch wel opkijken. Een voorbeeldje:


Letterlijk tientallen producten van het Jumbo huismerk waren hier te vinden. En dan denk je even lekker naar het buitenland te gaan. Ik begrijp ook al die Nederlanders niet die in den vreemde altijd hun normale eten willen eten. Ik vind het juist heerlijk om culinair op ontdekkingstocht te gaan in het buitenland en moet er dan ook niet aan denken om 'normaal Nederlands' te eten in den vreemde.

Ik heb vaak verzucht dat Fransen vreemde mensen zijn de afgelopen weken, Nederlanders lijken als je dit ziet nog veel gekker. Zeker als je naast je in de supermarkt ineens een meid met een ontzettende zeurstem tegen haar moeder hoort zeggen dat er geen chocomel meer is. Ik heb maar even niet laten merken dat ik ook Nederlander ben. Ondertussen bleven meerdere Nederlanders mij voorbijlopen. Ook in de winter komen ze hier dus in aardige aantallen heen. Opvallend veel liepen overigens alleen met een paar flessen wijn naar buiten. Stelletje zoeperds!

Na de supermarkt lag l'Estartit weer achter me en ging ik alvast een stuk nog door in de richting van Girona, de stad waar ik morgen stroom hoop te halen. Bij een Catalaans dorpje heb ik mijn fiets een heuvel opgeduwd en ben ik mijn tent op gaan bouwen. De vaste volgers zien het al aankomen, het is daarmee gelijk tijd geworden voor de afsluiter van de dag. Na al die gekke Nederlanders iets uit het vaderland dat qua titel wel toepasselijk is, want die rare Nederlanders doen mijn hart wel een beetje bloeden. Wat een vreemd volkje zijn we.

dinsdag 26 december 2017

Dag 233: Rivesaltes - Banyuls-dels-Aspres

Door Perpignan, 33 kilometer en 170 hoogtemeters.

Afgelopen nacht stond ik weer in het groen. Ik stond zelfs op het groen. Om een plekje voor mijn tent te maken moest ik namelijk eerst wat lang gras tegen de grond werken.


Vandaag moet ik door Perpignan zien te komen. Iets dat eenvoudig zou zijn als ik de D900 zou kunnen gebruiken, maar daar mag ik na Perpignan pas weer op. Hierdoor ben ik genoodzaakt om te zigzaggen tot aan Perpignan, waardoor ik extra kilometers moet maken.

Na vijftien kilometer heb ik de tien kilometer naar Perpignan overbrugd. De helft daarvan ging fluitend, de andere helft uiterst moeizaam. De wind speelt namelijk nog altijd een belangrijke factor.  Het uitzicht maakte daarbij veel goed, want juist de stukken tegen de wind in keek ik uit op de Pyreneeën.


En dan kom je dus in het centrum van Perpignan. Nu ben ik er inmiddels aan gewend dat ik grotere steden in Frankrijk het beste via het centrum kan passeren, omdat dat als fietser het beste opschiet. Perpignan blijkt echter een uitzondering te zijn. Dit centrum is één grote chaos van wegen en steegjes, met veel voetgangersgebieden en eenrichtingsverkeer.



Als winkelliefhebber kun je zo te zien hier je hart ophalen, maar omdat ik zo druk ben met navigeren, heb ik nauwelijks de kans om de stad te bekijken. Af en toe zie ik een leuk gebouw staan, maar verder ben ik druk met het verkeer. Mocht je deze stad ooit willen bezoeken, zet dan je auto aan de rand, pak de bus naar het centrum en doe het verder te voet.


Gelukkig vind ik na een tijdje de weg om de stad weer uit te komen. Deze weg is in het begin niet echt fietsvriendelijk, maar het verkeer gaat hier zo langzaam, dat geeft geen gevaar. Bij het verlaten van de stad uiteraard ook nog kilometers aan winkels, waar ik er één van uitkies voor mijn inkopen.

Ik ben van Nederland wel wat gewend qua drukte op dit soort dagen, het is de vrijdagmiddag voor kerst, maar dit slaat alles. In de honderden meters lange tussengang tussen de gangpaden staan al genoeg mensen om een flink dorp mee te stichten.

Stapvoets krijgt hier een hele andere betekenis. Ik heb geen zin om hier een heel weekend door te brengen, dus val ik ieder gaatje dat ontstaat enthousiast aan. Als een ware Max Verstappen duik ik in de kleinste gaatjes en met prachtige uitremacties haal ik de één na de ander in. Al met al ga ik twee keer sneller dan de rest, maar het is nog altijd op de helft van mijn normale snelheid.

Na mijn wagentje te hebben voorzien van mijn benodigdheden begeef ik me naar de kassa's. Als je hier in wil schatten welke rij het snelste gaat, dan heb je een supercomputer nodig, want er zijn maar liefst 60!! kassa's open. Er zijn ook drie kassa's gesloten overigens. Belachelijk!

Na deze overlevingstocht moet ik eerst even bijkomen voor ik weer op de fiets klim. Op naar een plek waarvandaan ik morgen de Pyreneeën aan kan vallen. Diezelfde Pyreneeën zorgen overigens voor een fantastische zonsondergang, doordat de zon achter de bergen verdwijnt, maar daar nog wel even blijft schijnen.


Dit zorgt aan de andere kant van de weg voor een mooie gloed boven de bergen.


Niet veel later lijkt het alsof er een enorme explosie is aan de andere kant van de bergen. Zelden zo'n fraaie zonsondergang gezien.


Vlak na zonsondergang vind ik uiteindelijk een plekje waar ik mijn, voorlopig, laatste nacht in Frankrijk door kan brengen. Morgen is het tijd voor een ander land en nu is het tijd voor de afsluiter van de dag. De laatste foto is de inspiratie voor onderstaande.