Posts tonen met het label narbonne. Alle posts tonen
Posts tonen met het label narbonne. Alle posts tonen

zondag 24 december 2017

Dag 231: Narbonne - Sigean

Erg harde wind, 25 kilometer en 220 hoogtemeters.

Gisteren was de wind die al een paar dagen fors aan het waaien was ineens verdwenen, maar vannacht keerde hij in alle hevigheid terug. De plek die ik had gekozen bood geen bescherming tegen deze niet voorspelde wending, waardoor ik bijna geen oog dicht heb gedaan. Alles bij elkaar heb ik hooguit een uur slaap gehad.

Het daglicht schijnt nog niet zo lang mijn tent in op het moment dat de wind nog harder gaat blazen en ik dusdanig voor de veiligheid van mijn tent begin te vrezen, dat ik besluit om direct in te gaan pakken.

Met een vermoeid lijf sta ik dan ook in de ochtend kou als opgejaagd wild mijn tent af te breken tot het punt dat hij plat ligt en de wind er bijna geen vat meer op heeft. Op dat moment kan ik even opgelucht ademhalen.

Het is ook op dat moment dat ik voor het eerst bij daglicht om me heen kan kijken, en mijn vermoeden van gisteravond blijkt waar te zijn. Deze of vorige zomer is alles hier platgebrand.

Diverse van de hier aanwezige schuurtjes zijn ingestort, bomen en struiken zijn vaak geheel of gedeeltelijk zwart en zelfs het gras is op sommige plekken verbrand. En dat allemaal letterlijk naast de stad. De buurtbewoners zullen zich ongetwijfeld grote zorgen hebben gemaakt.







Na op adem te zijn gekomen moet mijn tent nog opgevouwen worden en dat is altijd een uitdaging bij veel wind. Het is even stoeien, maar uiteindelijk krijg ik hem in zijn zak en kan ik vertrekken.

Gisteren ben ik door de stad gefietst, nu moet ik nog langs één van de commerciële centra van Natbonne. Daarbij moet je niet denken aan een paar winkeltjes, maar kilometers achter elkaar de ene na de andere grote winkel. Ik tel alleen al zeven supermarkten bijvoorbeeld.

Bij één van die supermarkten stop ik om wat vers ontbijt in te slaan en buiten, beschut tegen de wind, te nuttigen. Pas na dit ontbijt voel ik me weer een beetje mens en kan ik mijn weg vervolgen.

Uiteraard is de wind er nog wel altijd en helaas staat die vandaag niet in mijn voordeel. Meestal heb ik hem vol in mijn zij, soms schuin tegen en beiden is een uitdaging met windstoten tot boven de tachtig kilometer per uur.

Met al mijn bagage vang ik veel wind, waardoor ik 'alle zeilen bij moet zetten' om mijn stuur een beetje recht te houden. Normaal fiets ik wat dichter op de rijbaan, omdat daar de weg schoner is, maar dat kan ik me vandaag niet veroorloven, omdat ik ruimte naast me nodig heb om plotselinge windvlagen op te vangen.

Gevolg is dat ik moet fietsen waar alle rotzooi ligt, de steentjes, resten van auto-onderdelen en ook glas. Scherp opletten dus, maar gelukkig weet ik lekke bandem te voorkomen.

De niet aflatende wind heeft wel tot gevolg dat mijn armen voortdurend vermoeid raken, omdat ik zoveel kracht nodig heb om het stuur recht te houden. In combinatie met de stukken wind tegen zorgt dit dat ik vaak moet pauzeren.

Ik was vroeg vertrokken, maar leg onder de omstandigheden maar een afstand af die eerder past bij een laat vertrek. Iedere kilometer is winst denk ik dan maar. Onderweg niet echt de kans gehad om om me heen te kijken, dus een eerste foto maakte ik pas toen ik al in het gebied was waar ik een slaapplek wilde zoeken. Terwijl ik de heuvel die ik net beklommen heb afkijk, zie ik dat de ondergaande zon de vallei in een mooie gloed zet.


Mijn plek voor de nacht is zorgvuldig gekozen. Ik ga mooi in een bos staan, zodat ik aan alle kanten bescherming heb tegen de wind. Naar ik hoop bescherming genoeg om nu wel goed te kunnen slapen. Enkel nog een stukje muziek voor het slapen gaan. Deze is al een keer eerder geweest, maar na vandaag heb ik weinig keuze qua toepasselijke muziek.


zaterdag 23 december 2017

Dag 230: Vias - Narbonne

Zon, opladen, 44 kilometers en 150 hoogtemeters.

Ieder nadeel heeft een voordeel. Doordat ik gisteren niet lang kon fietsen heb ik vandaag wat frissere benen. Daarnaast is het vandaag uitstekend weer, een graad of veertien en zon, dus de jas hoeft niet aan vandaag.

Ik had een heerlijk plekje vannacht, mooi verscholen tussen wat naaldbomen. Er lagen zoveel naalden op de grond dat ik ook nog eens extra zacht kon liggen. Wat wil een mens nog meer? Direct achter de bomen loopt de weg overigens al, dus ik kan snel weer op de fiets zonder eerst nog een veld over te moeten steken.



Qua route kan ik vandaag twee kanten op, binnendoor via boerenweggetjes, of een stukje om via Béziers en dan over de wat grotere wegen. Eigenlijk is dat geen keuze, want boerenweggetjes zijn hier vaak in bijzonder slechte staat. Op naar Béziers dus.

Meestal laten steden wel wat van hun schoonheid zien terwijl ik ze doorkruis, maar bij Béziers is dat lang niet het geval. Ik heb de stad al bijna afgeschreven wanneer ik toch nog wat moois te zien krijg. Terwijl ik bij een stoplicht sta zie ik ineens een mooi doorkijkje richting de basiliek.



Later blijkt deze basiliek vanuit bijna iedere hoek al van buiten de stad zichtbaar te zijn, alleen dus net niet vanuit de richting waaruit ik kwam. Even later passeer ik de rivier Orb en zie ik dat naast de brug die ik gebruik, een prachtige oude brug logt. Helaas had ik door het drukke verkeer echter geen kans om een foto te maken.

Uiteindelijk bleek Béziers dus toch nog schoonheid te herbergen. Minder fraai is echter een deel van de geschiedenis van deze stad. Begin dertiende eeuw zaten er in deze stad, en verder in de omgeving, Katharen. Katharen waren gelovigen die het geloof net iets anders beleefden dan katholieken en dat kon natuurlijk niet. Begin dertiende eeuw kwamen er derhalve kruistochten om de Katharen uit te roeien. De Franse koning sloot zich hiervoor maar wat graag aan bij de paus, wat zo kon hij zijn invloed in het zuiden van Frankrijk mooi uitbreiden.

De kruisvaarders togen richting Béziers en eisten de uitlevering van alle Katharen. Het is overigens onbekend of er enkele honderden of duizenden Katharen in de stad aanwezig waren. De stad weigerde mee te werken en iedereen dacht veilig binnen de stadsmuur te zitten, zowel Katharen als katholieken. De kruisvaarders wisten echter toch de stad in te komen.

De afgezant van de paus kreeg vervolgens de vraag hoe de ketters van de katholieken te onderscheiden waren, waarop hij zei: 'Vermoord ze allemaal, god zal de zijnen herkennen. Wat volgde was een enorm bloedbad, waarbij volgens verslagen circa 20.000 slachtoffers zijn gevallen.

Veel geschiedkundigen trekken dat aantal in twijfel, omdat er waarschijnlijk maar zo'n 10.000 mensen in Béziers woonden in die tijd. Ik sluit het aantal van 20.000 echter absoluut niet uit, omdat het heel normaal is dat mensen uit de wijde omgeving de veiligheid van de stadsmuren op zouden zoeken met een oprukkend leger in de buurt.

Wat het precieze aantal ook is geweest, het blijft natuurlijk een waanzinnige slachtpartij. Waar Verdun een voorbeeld is van de waanzin die wereldlijke macht voort kan brengen, is Béziers een voorbeeld van wat religieuze macht voort kan brengen. Beiden zijn uiteraard absoluut niet de enige voorbeelden.

Wat dan natuurlijk wel weer vreemd is, is dat niemand het vreemd vind wanneer je kritisch richting ereldlijke macht bent, maar velen een kritische houding richting religieuze macht absoluut niet kunnen waarderen.

En de Katharen? Die zijn dankzij meerdere andere aanvallen, gevolgd door jaren van achtervolging door de inquisitie, tot op de laatste gelovige uitgemoord.

Na Béziers volgt de weg naar Narbonne en het is op deze weg dat voor het eerst zichtbaar is dat de Pyreneeën er aan zitten te komen. Ze zijn nog klein en in de verte, maar de aaneengesloten bergketen is voor het eerst goed zichtbaar.


Tegen het einde van de middag fiets ik Narbonne in. Voor de wijnliefhebbers, dit is waar de Franse wijnproductie ooit begon. Uiteraard ten tijde van de Romeinen. Vreemd genoeg is deze streek, waar ze dus de meeste ervaring in Frankrijk hebben, juist een streek die lang bekend stond om zijn goedkope slobberwijnen. Het is pas sinds enkele decennia dat ze hier meer op de kwaliteit zijn gaan letten.

Omdat ik vanaf het inrijden van Narbonne direct naar de Mac ben gefietst en het centrum heb overgeslagen, kan ik geen zinnig woord zeggen over of de stad de moeite waard is. Na het debacle qua opladen twee dagen geleden, was ik gewoon direct aan stroom toe.

Omdat ik nu echt alles leeg had, moest ik ook wat langer blijven zitten om te laden, dus verliet ik pas met sluitingstijd de zaak. Dit deed ik vrijwel tegelijkertijd met een ander die er ook uren had gezeten met de stekker in het stopcontact. Buiten kwam ik tot de ontdekking dat hij ook een volgepakte fiets bij zich had. Een collega dus!

Tijd dus, voor een gesprekje. Het blijkt om een Italiaan te gaan, die inmiddels al 'even' onderweg is na met een depressie te zijn vertrokken. Nou ja, even. Deze man gaat al twintig jaar fietsend en werkend door Europa. Dat vind ik persoonlijk toch wel een beetje veel.

Na het gesprek zoek ik een plekje voor de nacht. In het donker zie ik op deze plek al veel zwartgeblakerde dingen. Iets zegt me dat hier een bosbrand overheen is gegaan. Morgen hierover meer, nu enkel nog de afsluiter.